Naar inhoud springen

Klimaatverdrag

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Klimaatverdrag
Logo UNFCCC
Logo UNFCCC
Verdragstype Multilateraal
Onderwerp Klimaatverandering
Ontworpen 9 mei 1992
Ondertekend 4 juni 1992 in Rio de Janeiro
In werking getreden 21 maart 1994
Voorwaarden voor inwerkingtreding Ratificatie door 50 staten
Ondertekenaars 165 staten
Partijen 197 staten
Status actief
Portaal  Portaalicoon   Politiek

Het Klimaatverdrag (Engels: United Nations Framework Convention on Climate Change, afgekort UNFCCC) is een zogenaamd raamverdrag dat in 1992 onder verantwoordelijkheid van de Verenigde Naties werd gesloten en ondertekend tijdens de "Earth Summit" in Rio de Janeiro. Doel van het verdrag (ook: de conventie") is om de emissies van broeikasgassen te reduceren en daarmee ongewenste gevolgen van klimaatverandering te voorkomen.[1][2]

Het klimaatverdrag trad in werking op 21 maart 1994. Sinds die tijd hebben bijna alle lidstaten van de Verenigde Naties het verdrag ondertekend en bekrachtigd (ratificatie). Anno 2023 hebben 198 landen het klimaatverdrag geratificeerd, waaronder België en Nederland (maar alleen voor het Europese deel van het Koninkrijk).[3] Binnen het kader van het klimaatverdrag is in 1997 het Kyoto-protocol overeengekomen en in 2015, op de Klimaatconferentie van Parijs 2015 het Akkoord van Parijs.

In het Klimaatverdrag is een internationaal raamwerk gedefinieerd waarbinnen regeringen gezamenlijk acties kunnen ondernemen om de beproevingen van een veranderend klimaat op aarde te kunnen pareren. De verdragsluitende landen erkennen een internationale verantwoordelijkheid voor het klimaat en streven ernaar ongewenste beïnvloeding door menselijk handelen te voorkomen.

De concrete doelstelling van het verdrag is:

"het stabiliseren van de concentratie van broeikasgassen in de atmosfeer op een zodanig niveau, dat een gevaarlijke menselijke invloed op het klimaat wordt voorkomen".

Partijen bij het klimaatverdrag

[bewerken | brontekst bewerken]
Verdragsluitende staten UNFCCC
 Annex I staten
 Annex I en II staten
 Niet Annex I staten
 Observerende staten
Partijen: Annexen, EU, OECD, EITs

De partijen bij het klimaatverdrag worden in het verdrag ingedeeld in twee groepen van landen:[4]

  • de geïndustrialiseerde landen als vermeld in Annex I bij het verdrag, ook wel "Annex I-landen" genoemd; de Annex I landen vallen, op het moment van opstelling van het verdrag, samen met de leden van de OESO, de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling.
  • de ontwikkelingslanden of niet-Annex I-landen: alle andere landen die het klimaatverdrag hebben geratificeerd.

Annex I staten

[bewerken | brontekst bewerken]

De officiële Annex I staten hebben afspraken gemaakt om kwantitatieve verplichtingen aan te gaan onder het Klimaatverdrag. Zij hebben afgesproken de groei van hun uitstoot van broeikasgassen te verminderen. In 2000 moest de uitstoot zijn teruggedrongen tot het niveau van 1990. In 1997 hebben deze staten het zogenaamde Kyoto-protocol afgesproken, dat tot 2012 gold en waaraan al deze staten, behalve de Verenigde Staten zich committeerden. Bij afspraken over een vervolg (tot 2020) trok Canada zich terug. De afspraken over deze periode (het Doha amendement) is nog niet in werking getreden.

De Annex I staten zijn bovendien de verplichting aangegaan hun emissies jaarlijks aan het secretariaat van de UNFCCC te rapporteren. Door deze rapportages kunnen de partijen bij het klimaatverdrag de voortgang van de afspraken uit het verdrag en de daarbij behorende protocollen (Kyoto-protocol) volgen.

Annex II staten

[bewerken | brontekst bewerken]

Binnen de Annex I staten heeft een aantal staten, de zogenaamde Annex II staten, zich verplicht financiële ondersteuning te verlenen aan de ontwikkelingslanden.

Niet-Annex I staten

[bewerken | brontekst bewerken]

De verplichtingen voor alle andere partijen bij de conventie (de "niet-Annex I staten") zijn minder verregaand. Zij hoeven geen emissiereducties door te voeren.

Voorgeschiedenis

[bewerken | brontekst bewerken]

In 1972 bracht een internationale groep van zelfstandige ondernemers en onafhankelijke wetenschappers die zich de Club van Rome noemde, het rapport The Limits to Growth: a global challenge uit, Nederlandse vertaling: De grenzen aan de groei. Daarin werd een internationale uitputtingsproblematiek aan de orde gesteld. Het rapport kreeg wereldwijd aandacht en voerde tot discussie in allerleid kringen. In 1979 werd in Genève een eerste World Climate Conference bijeengeroepen door de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO). Aan deze bijeenkomst namen voornamelijk wetenschappers deel. Dit leidde onder meer die tot het opstellen van een World Climate Programme, en in 1988 tot de oprichting van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC).[5][6] In 1990 werd, opnieuw in Genève, een tweede World Climate Conference gehouden[7], waar onder meer het eerste rapport van het IPCC werd besproken. Deze conferentie leidde tot de oprichting van het UNFCCC. In 2009 werd nog een derde conferentie gehouden, waar de nadruk lag op het verspreiden van adequate klimaatinformatie en -voorspellingen.[8]

Conferenties en vergaderingen

[bewerken | brontekst bewerken]

Alle verdragsluitende partijen komen geregeld samen, doorgaans jaarlijks. Omdat echter intussen niet alle landen alle verdragen en protocollen hebben ondertekend, zijn de bijeenkomsten statutair onderverdeeld in:

  • Conference of the Parties (COP), namelijk van de partijen die zijn toegetreden tot het klimaatverdrag van 1992
  • Meeting of the Parties to the Kyoto Protocol (CMP, ook wel MOP): de partijen die zijn toegetreden tot het Kyoto-protocol
  • Parties to the Paris Agreement (CMA): partijen die het Akkoord van Parijs hebben ondertekend.

In de praktijk vallen de conferenties samen (COP/CMP/CMA), en genieten de delegaties van landen die niet tot het ene of andere protocol zijn toegetreden, eventueel de status van waarnemer. Daarnaast komen tijdens de conferenties ook een aantal technische comités samen, die ook ieder een drieletterwoord en een volgnummer krijgen.[9]

Conferentie van Partijen

[bewerken | brontekst bewerken]

Het belangrijkste besluitvormende orgaan binnen het verdrag is de "Conferentie van Partijen" (Engels: Conference of Parties, COP), waarin alle partijen bij de conventie jaarlijks overleggen over de voortgang van het werk onder de conventie. De COP is verantwoordelijk voor het op stoom houden van de internationale activiteiten om de ongewenste gevolgen van klimaatverandering te voorkomen.

Een belangrijke taak van de COP is om de rapportages van de partijen over de voortgang van de implementatie van de gemaakte afspraken tegen het licht te houden. Het gaat daarbij om de zogenaamde "National Communications"[10][11] en de jaarlijkse rapportages over de nationale broeikasgasemissies.

Inmiddels zijn er meer dan 20 Conferenties van de Partijen gehouden:[12]

Jaar COP Locatie Resultaat
1995 COP-1 Berlijn, Duitsland COP1 kwam tot de conclusie dat de afspraken, gemaakt bij het Klimaatverdrag van 1992 "onvoldoende" waren. Het Berlin Mandate legde de grondslag voor het Kyoto-protocol.[13][14]
1996 COP-2 Genève, Zwitserland Acceptatie van de wetenschappelijke basis op grond van het tweede rapport van IPCC.
1997 COP-3 Kyoto, Japan Kyoto-protocol.
1998 COP-4 Buenos Aires, Argentinië De partijen kwamen een tweejarig actieprogramma overeen om de Kyoto-overeenkomst verder uit te werken.
1999 COP-5 Bonn, Duitsland Weinig concreet resultaat.
2000 COP-6 Den Haag, Nederland Een zeer ingewikkeld onderhandelingsproces, onder leiding van Jan Pronk, minister VROM, leidde niet tot resultaat tijdens de COP in Den Haag. Een half jaar later werd de vergadering voortgezet in Bonn (COP 6-2), waarbij wél concrete afspraken werden gemaakt over een verdere technische invulling van het Kyoto-protocol.
2001 COP-7 Marrakesh, Marokko Hier werd het actieplan uit COP-4 (Buenos Aires) voltooid en werden de zogenaamde "Marakech accords" aangenomen.
2002 COP-8 New Delhi, India De Delhi Ministerial Declaration[15] riep de geïndustrialiseerde landen op om technologie over te dragen naar de ontwikkelingslanden, en de impact van de klimaatverandering op deze landen te verminderen. Het Kyoto-protocol is nog niet van kracht door de aarzeling van Rusland (de VS en Australië hadden evenmin geratificeerd).
2003 COP-9 Milaan, Italië Het Klimaatfonds (Adaptation Fund) uit 2001 (COP7) moet vooral dienen voor aanpassing in de ontwikkelingslanden, en voor technologietransfer. Bespreking van de eerste nationale rapporten van 110 niet-Annex I landen.
2004 COP-10 Buenos Aires, Argentinië Bespreking van de vooruitgang sinds COP1. Het Actieplan van Buenos Aires wordt goedgekeurd. Overleg inzake het post-Kyoto-mechanisme (na 2012).[16]
2005 COP-11 en COP/MOP-1 Montreal, Canada Inmiddels was het Kyoto-protocol in werking getreden. Daarom vond tegelijkertijd met COP-11 de eerste vergadering van de partijen bij het Kyoto-protocol, COP/MOP-1 plaats, de "Conference of Parties, serving as the Meeting of the Parties to the Kyoto-protocol, het hoogste gezagsorgaan binnen het Kyoto-protocol. Het werd de grootste klimaatconferentie sedert Kyoto, met ongeveer 10.000 deelnemers. Grote zakelijke belangstelling vanwege het pan-Europese emissiehandelssysteem en het Clean Development Mechanism.
2006 COP-12 en COP/MOP-2 Nairobi, Kenia Overeenstemming over een vijfjarenplan ontwikkelingslanden en over modaliteiten voor het Klimaatfonds, maar geen afspraken over substantiële vermindering van de uitstoot. “Er is een kloof tussen het politieke proces en de wetenschappelijke vereisten van de klimaatverandering”.[17]
2007 COP-13 en COP/MOP-3 Bali, Indonesië Overeenstemming over een tijdschema en gestructureerde onderhandelingen over het kader na 2012 (einde van de eerste verbintenisperiode van het Protocol van Kyoto): het Actieplan van Bali.[18]
2008 COP-14 en COP/MOP-4 Poznan, Polen Overeenstemming over een fonds om de armste landen te helpen bij klimaatverandering, en een mechanisme voor bosbescherming. Voorts lag de focus vooral bij een opvolger van het Kyoto-protocol.[19]
2009 COP-15 en COP/MOP-5 Kopenhagen, Denemarken Voor het eerst zeggen alle regeringsleiders hun uitstoot te beperken. Doordat er geen legaal bindend akkoord uitkwam, wordt deze COP vaak als een mislukking beschouwd.
2010 COP-16 en COP/MOP-6 Cancún, Mexico Geen wettelijke bepalingen, wel bescheiden afspraken.
2011 COP-17 en COP/MOP-7 Durban, Zuid-Afrika Er werd afgesproken dat er in 2015 een legaal bindend akkoord met alle landen van de VN moet worden gesloten.
2012 COP-18 en COP/MOP-8 Doha, Qatar Verlenging van het Kyoto-protocol tot 2020. Oorspronkelijk zou het Kyoto-protocol in 2012 zijn afgelopen.
2013 COP-19 en COP/MOP-9 Warschau, Polen Akkoord voor het verminderen van de uitstoot, zo spoedig mogelijk, maar liefst begin 2015. Het Warschau-mechanisme werd ook voorgesteld.[20]
2014 COP-20 en COP/MOP-10 Lima, Peru Voorbereidingen op COP21 waarin een plan van aanpak werd vastgesteld. Alle landen moeten hun voorgenomen emissiereducties publiceren voor maart 2015.
2015 COP-21 en COP/MOP-11 Parijs, Frankrijk Vaststelling van het Akkoord van Parijs, waarin alle landen emissiereductie doelen moeten stellen, die steeds strikter worden.
2016 COP-22 en COP/MOP-12 Marrakesh, Marokko Marrakech Action Proclamation, een oproep om een sterke politieke wil te tonen op het stuk van klimaatverandering. Concrete toepassing van Akkoord van Parijs.
2017 COP-23 en COP/MOP-13 Bonn, Duitsland De conferentie werd gehouden in Bonn, 6-17 november 2017, onder voorzitterschap van Fiji.
2018 COP-24 en COP/MOP-14 Katowice, Polen De VN-conferentie werd gehouden in Katowice (Polen), van 3 tot 15 december 2018, onder voorzitterschap van Polen.
2019 COP-25 en COP/MOP-15 Madrid (stad) Deze VN-conferentie, aanvankelijk gepland in Brazilië, daarna verplaatst naar Santiago (Chili), werd van 2 tot 13 december 2019 georganiseerd in Madrid (Spanje).
2021 COP-26 en COP/MOP-16 Glasgow, Verenigd Koninkrijk Deze VN-conferentie vond plaats in Glasgow (Schotland, Verenigd Koninkrijk), in samenwerking met Italië, en liep van 31 oktober tot 13 november 2021.
2022 COP-27 en COP/MOP-17 Sharm-el-Sheikh, Egypte Deze VN-conferentie is gepland in Sharm-el-Sheikh, Egypte, en is gepland van 6 november tot 18 november 2022.
2023 COP-28 en COM/MOP-18 Dubai, Verenigde Arabische Emiraten Deze VN-conferentie zal naar verwachting plaatsvinden in Dubai, Verenigde Arabische Emiraten en is gepland van 6 november tot 17 november 2023.

Subsidiary Bodies

[bewerken | brontekst bewerken]

Binnen de conventie zijn twee "subsidiary bodies" ingesteld die de COP adviseren over

  • de implementatie van de afspraken binnen conventie (Subsidiary Body for Implementation: SBI);
  • technische en wetenschappelijke aspecten (Subsidiary Body for Scientific and Technological Advice: SBSTA).

SBI en SBSTA komen tweemaal per jaar bij elkaar, waarvan één keer tegelijkertijd met de COP.

Het secretariaat van het klimaatverdrag is gevestigd in Bonn. Het secretariaat biedt organisatorische ondersteuning aan alle processen binnen het klimaatverdrag en zorgt voor beschikbaarheid van alle informatie rondom de conventie.

Emissierapportages

[bewerken | brontekst bewerken]

De Annex I-landen moeten jaarlijks hun emissies van broeikasgassen, via het secretariaat, rapporteren aan de Conference of Parties. Deze emissierapportages moeten aan exact omschreven randvoorwaarden voldoen:

  • Zij moeten binnen iets meer dan 15 maanden na afloop van het jaar waarover wordt gerapporteerd worden ingeleverd: 15 april van het jaar (N+2) voor de gegevens over jaar N.
  • De rapportage bestaat uit twee delen:
    • Een reeks tabellen in een voorgeschreven opmaak, het zogenaamde Common Reporting Format of CRF
    • Een National Inventory Report of NIR, waarin de schattingsmethoden en de gebruikte gegevens worden toegelicht
  • De rapportage moet worden gemaakt met behulp van de betreffende richtlijnen van IPCC

Nadat landen hun rapportages hebben ingeleverd, vindt er een beoordeling daarvan plaats door een groep van onafhankelijke experts.

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie de categorie UNFCCC van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.