Naar inhoud springen

ongeduldig

Uit WikiWoordenboek
  • on·ge·dul·dig
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen ongeduldig ongeduldiger ongeduldigst
verbogen ongeduldige ongeduldigere ongeduldigste
partitief ongeduldigs ongeduldigers -

ongeduldig

  1. onwillig nog langer te wachten
    • Het was niet makkelijk een hele klas ongeduldige kinderen in toom te houden. 
     Ik ben nu eenmaal erg ongeduldig, een eigenschap waar ik niet trots op ben en die moeilijk af te schudden is.[1]
     De ongeduldige man[1]
  1. 1,0 1,1
    Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be